De huidige periode kost wat energie, maar geeft dat eigenlijk ook direct weer terug. En wat een energie kreeg ik van de ALV van de lokale afdeling in Gouda. Ik was er om iets te vertellen over de Defensieparagraaf in ons programma, om kennis te maken met de lokale afdeling. En om mijzelf als kandidaat-Kamerlid voor te stellen.
Na mijn verhaal klonk een oudere maar kwieke stem: ‘als je dan de Kamer ingaat, ga je dan weg bij de baas?’
‘Wat een interessante formulering’, zei ik. Ik bevestigde en vroeg de dame die de vraag stelde wat haar relatie met Defensie was. Want haar woordkeuze verraadde een relatie. Ze, Marina Scheijgrond, bleek voormalig marine-vrouwenafdeling (MARVA) officier te zijn. De MARVA werd opgericht in 1944. De Tweede Wereldoorlog bracht bange tijden met zich mee. Het besef dat iedereen een steen aan de vrijheid kon én moest bijdragen was er. De MARVA werd opgeheven toen vrouwen volledig geïntegreerd werden binnen de Koninklijke Marine. Van 1967-1970 maakte de oudere, maar energieke, vrouw met trots deel uit van de afdeling. Tot haar gezinssituatie wijzigde, zoals dat in die tijd ging. Jammer vond ze dat. Ondanks dat haar leven na de MARVA ook erg mooi was (ze uitte enorm veel trots over haar nageslacht). In haar voorkomen en manier van spreken deed Marina mij denken aan een vriendin die ik heb gekend. Ook werkzaam geweest bij de Marine. Ik heb haar dat op dat moment ook laten weten. De repliek waarmee zij terugkwam gaf blijk van nog meer gelijkenissen met mijn vriendin.
Ik was van Marina, haar belevenissen en haar enthousiasme onder de indruk. De lokale leden ook: zij waren niet allemaal op de hoogte van haar militaire verleden. Ze kreeg terecht ook de predicaten ‘gaaf’ en ‘stoer’ toebedeeld. De ontmoeting vond ik fijn. En bijzonder. Ik weet dat mijn plek binnen Defensie óók door haar bevochten is. Daar heb ik ontzag voor. En ben ik haar dankbaar voor. Het brengt ook een zeker gevoel van taakstelling met zich mee. Een opdracht waardig invulling te geven aan de nalatenschap van generaties (vrouwelijke) militairen vóór mij. En zeker stellen dat er ook voor de vrouwen na mij een nalatenschap is. Een nalatenschap van waaruit zij op hun beurt weer verder kunnen komen in het leveren van een betekenisvolle bijdrage aan onze krijgsmacht. Het gesprek en de gedeelde militaire ervaring schiepen direct een band. Generatie-overstijgend.
Ondanks het late tijdstip en de lange vergadering gingen we op de foto. Samen met een andere aanwezige en inspirerende oud-militair. Dat wilden we alle drie heel graag. Vastberaden vertrok ik die avond. Vastberaden om door te pakken met de campagne, met Defensie én om haar absoluut deelgenoot te maken van mijn stappen. Ik wist: ‘dit was bijzonder. En dit geef ik door’. Wat een leuke en inspirerende vrouw.
Helaas ontving ik afgelopen vrijdag het bericht dat zij onverwacht was overleden. Het raakte mij meer dan ik had verwacht. Graag had ik meer van haar ervaringen gehoord en geleerd. En ik had haar op mijn beurt graag deelgenoot gemaakt van mijn plannen en stappen. Dat is niet meer mogelijk. Een gemis.
En voor haar nabestaanden is dat gevoel nog groter. Mijn gedachten zijn bij hen.
Ik ben Marina Scheijgrond in ieder geval dankbaar voor haar inzet, haar strijd en haar nalatenschap. En ontzettend dankbaar ben ik, dat ik haar heb mogen ontmoeten. In een van haar laatste boodschappen aan naasten gaf Marina de levensles mee, dat je in het leven (vooral bij afscheid) moed en lef nodig hebt om verder te gaan. En vooral ook om in staat te zijn lief te hebben en elkaar te dragen en begrijpen.
Dankbaar neem ik de herinnering aan onze ontmoeting en haar levenslessen mee. En geef ze door.